miércoles, 19 de febrero de 2025

La Reina Matilde en Costa Rica - Koningin Mathilde in Costa Rica

 

La Reina Matilde en Costa Rica

La Reina Matilde de Bélgica, quien ha estado comprometida con los derechos de la infancia durante muchos años y es Presidenta Honoraria de UNICEF Bélgica desde 2009, visitó Costa Rica la semana pasada para enfatizar la importancia de los proyectos que benefician a niños en situaciones vulnerables. Esta visita, organizada por UNICEF Bélgica en colaboración con UNICEF Costa Rica, tenía como propósito observar cómo el país trabaja por un futuro donde todos los niños tengan igualdad de oportunidades. A continuación, se presenta un diario fotográfico de este evento de tres días.

Domingo 9 de febrero de 2025

Llegada al Aeropuerto Nacional de Costa Rica en San José alrededor de las 5 p.m. hora local. Recibimiento por diplomáticos belgas, incluyendo al Embajador Daniel Bertrand, y representantes de UNICEF.


(foto:BELGA)


Lunes 10 de febrero de 2025

Recepción oficial por parte del Presidente Rodrigo Chaves Robles y su esposa, la Primera Dama Signe Zeikate. Se discutió la cooperación entre UNICEF y ambos países en temas de derechos de la niñez y desarrollo social.


(foto:Belgische Monarchie)


Visita a una Casa de la Alegría en Frailes, Desamparados, San José. Este centro de día, ubicado en una plantación de café e inspirado por UNICEF, atiende a los hijos de trabajadores temporeros, principalmente de Panamá y Nicaragua. Mientras los padres laboran en las plantaciones durante la temporada de café, los niños reciben atención, educación y participan en diversas actividades. La visita incluyó un recorrido, charlas con trabajadores temporeros y supervisores, y varios juegos con los niños. En Costa Rica existen actualmente más de 40 refugios de este tipo.


(foto:BELGA)


Visita a un espacio amigable para niños en Los Guido, Desamparados, San José, un área donde muchas familias viven en pobreza. Estos centros brindan un entorno seguro donde los niños pueden bailar, practicar deportes, asistir a cursos de informática, aprender y desarrollar confianza en sí mismos. Son gestionados por voluntarios de la comunidad en colaboración con el gobierno y la industria.


(foto:UNICEF Costa Rica)


Martes 11 de febrero de 2025

Recorrido por el centro infantil público “La Cometa” en Tirrases, Curridabat, San José. En este espacio seguro, los niños pequeños tienen acceso a actividades musicales y artísticas importantes para su desarrollo temprano. UNICEF apoya a cerca de 50,000 niños cada año a través de la Red Nacional de Cuidado y Desarrollo Infantil (REDCUDI).


(foto:Belgische Monarchie)

Visita a un albergue en Paso de la Vaca, San José, para niños y familias en tránsito, gestionado por la “Fundación Lloverá”. Costa Rica es un país de paso para migrantes, principalmente de Panamá y Nicaragua. Las familias en estos centros están en tránsito o regresan de países vecinos debido a la imposibilidad de cruzar a EE. UU. por legislaciones más estrictas implementadas por el presidente Donald Trump. También llegan familias jóvenes y madres solteras, especialmente de Colombia, porque sus hijos pueden asistir a la escuela en Costa Rica. Sin importar la razón de su llegada, estos centros proporcionan refugio y un lugar seguro para que los niños y sus familias se relajen. El apoyo psicológico que se ofrece es crucial para ayudar a estas familias a reconstruir sus vidas, ya que muchos niños han experimentado traumas y violencia durante su travesía.


Koningin Mathilde kreeg van de kinderen een schilderij cadeau dat de wereld, de muziek, de liefde, de natuur en de reizen voorstelt / La Reina Matilde recibió de los niños un cuadro que representa el mundo, la música, el amor, la naturaleza y los viajes (foto:UNICEF Costa Rica)


Miércoles 12 de febrero de 2025

Participación en un taller en Mora (provincia de San José) sobre la prevención de la obesidad en niños y adolescentes mediante una alimentación saludable y un estilo de vida activo. Además de consejos culinarios, la sesión incluyó ejercicios físicos.


(foto:UNICEF Costa Rica)

Visita a la Universidad para la Paz (UPAZ), una institución de las Naciones Unidas ubicada en la ciudad de Colón (Mora, San José), rodeada por la reserva natural “Parque de la Paz”. Se dialogó con jóvenes sobre el cambio climático, resaltando la importancia de que los jóvenes se involucren activamente en la protección del medio ambiente mediante el conocimiento y habilidades necesarias.


(foto:UNICEF Costa Rica)

Introducción al programa de la Liga Atlética Policial (PAL) en La Sabana, San José. Este proyecto, liderado por el Ministerio de Seguridad Pública, cuenta con policías que voluntariamente organizan actividades deportivas, educativas y culturales en su tiempo libre. Al integrar a jóvenes en riesgo en este programa, se les enseña disciplina, trabajo en equipo y liderazgo, y se previene la delincuencia. El ejercicio también fomenta la perseverancia de manera saludable.


(foto:UNICEF Costa Rica)

Regreso a Bélgica.

Koningin Mathilde in Costa Rica

De Belgische Koningin Mathilde engageert zich al heel wat jaren voor de rechten van het kind, reden waarom ze sinds 2009 Erevoorzitster is van UNICEF België. In deze functie bracht ze vorige week een bezoek aan Costa Rica en benadrukte daarmee hoe belangrijk het is dat er projecten bestaan die kinderen in kwetsbare situaties ondersteunen. Het terreinbezoek, dat werd georganiseerd door UNICEF België in samenwerking met UNICEF Costa Rica, had tot doel te kijken hoe er in dit land wordt gewerkt aan een wereld waarin kinderen gelijke kansen krijgen en niemand achterblijft. Hieronder een fotodagboek van het verloop van deze driedaagse.

Zondag 9 februari 2025

Aankomst in de nationale luchthaven van Costa Rica te San José rond 17 uur plaatselijke tijd. Verwelkoming door Belgische diplomaten waaronder ambassadeur Daniel Bertrand en vertegenwoordigers van UNICEF. 


(foto:HLN Wim Dehandschutter)


Maandag 10 februari 2025

Officiële ontvangst door president Rodrigo Chaves Robles en diens echtgenote en First Lady Signe Zeikate. Gesprekken over de samenwerking tussen UNICEF en beide landen op het gebied van kinderrechten en sociale ontwikkeling.


(foto:BELGA)


Bezoek aan een Casa de la Alegría (Huis van Vreugde)  in Frailes, Desamparados, San José. Dat is een dagcentrum op een koffieplantage, naar een idee van UNICEF, voor de kinderen van seizoenarbeiders, voornamelijk afkomstig uit buurlanden Panama en Nicaragua. Terwijl de ouders tijdens de koffieteeltseizoenen werken op de plantages krijgen de kinderen opvang, onderwijs en worden allerlei activiteiten georganiseerd. Het bezoek omvatte een rondleiding,  gesprekken met seizoenarbeiders en begeleiders en diverse spelletjes met de kinderen. Momenteel zijn er al meer dan 40 van dergelijke opvangcentra in Costa Rica.


Foto : La reina Matilde sostiene un folleto con imágenes de rompecabezas. “En mi país nos encantan las patatas fritas”, enseña a los niños, mostrándoles el dibujo de la misma.  Koningin Mathilde steekt een boekje met raadplaatjes omhoog. “In mijn land houden we van frietjes”, onderwijst ze de kinderen, terwijl ze hen aan het tafeltje de tekening ervan toont. (foto : Photo News)

Bezoek aan een kindvriendelijke ruimte in Los Guido, Desamparados, San José, een district waar veel gezinnen in armoede leven. Dergelijke centra bieden een veilige plek aan kinderen in kwetsbare gebieden waar ze kunnen dansen, sporten, computercursussen volgen, leren en zelfvertrouwen opbouwen. Ze worden beheerd door vrijwilligers uit de gemeenschap die samenwerken met de overheid en het bedrijfsleven. 


(foto:UNICEF Costa Rica)

Dinsdag 11 februari 2025

Rondleiding in het openbaar kinderopvangcentrum “La Cometa” in Tirrases, Curridabat, San José”. In deze veilige omgeving krijgen jonge kinderen toegang tot muziek-en kunstactiviteiten wat van belang is voor hun vroege ontwikkeling. UNICEF ondersteunt jaarlijks zo’n 50.000 kinderen via het Nationale Netwerk voor Kinderopvang en Ontwikkeling (REDCUDI).


(foto:UNICEF Costa Rica)

Bezoek aan een opvangcentrum in Paso de la Vaca, San José, voor kinderen en gezinnen op de vlucht, beheerd door de “Fundación Lloverá”. Costa Rica is een transitland voor migranten voornamelijk uit Panama in het zuiden en Nicaragua in het noorden. De gezinnen die in deze centra worden opgevangen zijn op doorreis of keren terug uit de buurlanden omdat de oversteek naar de V.S.A. niet langer mogelijk is door de strengere wetgeving van president Donald Trump. Ook jonge gezinnen en alleenstaande moeders, vooral uit Colombia komen naar Costa Rica omdat hun kinderen hier naar school kunnen gaan. Wat ook de reden van hun komst mag zijn, in deze centra vinden kind en gezin onderdak en een veilige plek om tot rust te komen. De psychologische begeleiding die hier wordt aangeboden speelt een belangrijke rol in het helpen van deze gezinnen om een nieuw leven op te bouwen want veel van deze kinderen hebben tijdens hun tocht trauma en geweld meegemaakt.


(foto:Belgische Monarchie)


Woensdag 12 februari 2025

Deelname aan een workshop in Mora (provincie San José) over de preventie van overgewicht bij kinderen en jongeren door een gezonde, gevarieerde voeding en een gezonde levensstijl na te streven. Naast kooktips werd er tijdens deze sessie ook aandacht besteed aan bewegingsoefeningen.


(foto:Belgische Monarchie)

Bezoek aan de Universiteit voor Vrede (UPEACE), een instelling van de Verenigde Naties gelegen in de stad Ciudad Colón (Mora, San José), omgeven door het natuurreservaat “Peace Park”. Gesprek met enkele jongeren over klimaatverandering. Het is belangrijk dat jongeren een actieve rol spelen in de bescherming van de natuur door hen de nodige kennis en vaardigheden bij te brengen.


(foto:UNICEF Costa Rica)

Kennismaking met het Police Athletic League (PAL) programma in La Sabana, San José. Dit initiatief, opgezet door het ministerie van Openbare Veiligheid, wordt geleid door politieagenten die op vrijwillige basis sport, onderwijs en culturele activiteiten organiseren in hun vrije tijd. Door risicojongeren hieraan te laten deelnemen wordt bij hen discipline, teamwork en leiderschap bijgebracht, en wordt criminaliteit voorkomen. Tevens is sporten een gezonde manier om het doorzettingsvermogen te bevorderen.


(foto:UNICEF Costa Rica)
Terugkeer naar België.

Bronnen/Fuentes:

VRT News, Pascale Mertens

HLN, Wim Dehandschutter

Website / sitio web De Belgische Monarchie/La Monarchie Belge, UNICEF Belgium & Costa Rica

 

domingo, 26 de enero de 2025

Tributo a doña Yvonne Clays en la A.B.I.A. / Eerbetoon aan Yvonne Clays in het A.B.I.A.

 


La Asociación Belgo-Iberoamericana (A.B.I.A.) se dedica a fomentar el intercambio cultural entre Bélgica y los países ibéricos e iberoamericanos, promoviendo la lengua, cultura y tradiciones de estas naciones. 

Fundada en 1931, Amberes contaba entonces con un destacado cuerpo consular de países de habla hispana debido a su puerto. Según la Guía de Direcciones de la Ciudad y Provincia de Amberes de la Editorial “Ratinckx Frères”, en su edición 51 del año de fundación, había 19 consulados de países hispanohablantes. El consulado de Costa Rica, dirigido por el Cónsul General Maurice Deckers, se ubicaba en Meir 28-30. En ese tiempo, los diplomáticos deseaban crear una vida social y cultural en español, lo que motivó la creación de la asociación.



Aunque la mayoría de los consulados se trasladaron a Bruselas, la asociación en Amberes ha perdurado. Inicialmente enfocada en lo económico, con el tiempo la cultura ganó relevancia. Cada miércoles por la noche se organiza una actividad en su nueva sede “Eetkafee 't Forum” en Edegem. La asociación colabora estrechamente con universidades belgas y embajadas de países hispanohablantes, ofreciendo a sus miembros un programa variado que incluye conferencias, charlas, conciertos, películas y obras de teatro.

La presidenta Barbara Moreels, cónsul honoraria de España en Amberes desde 2017, es la impulsora de estas actividades culturales semanales. Aunque la mayoría de los miembros son belgas interesados ​​en la cultura, ella siempre busca invitar a hispanohablantes para que presenten algo. Por ejemplo, a finales de octubre de 2021, el entonces embajador de Costa Rica, Sergio Iván Alfaro Salas, visitó la asociación para celebrar el 200 aniversario de la independencia de su país y otras cuatro repúblicas centroamericanas.

El pasado miércoles (22 de enero de 2025), la actual embajadora de Costa Rica, Eliana María Villalobos Cárdenas, rindió homenaje a Yvonne Clays Spoelders, la primera diplomática de su país. Durante su rol de “primera dama” entre 1940 y 1944, lideró varias misiones especiales en Estados Unidos y otros países. Gracias a sus gestiones, en 1942 se firmó un contrato que proporcionó a Costa Rica un préstamo de casi dos millones de dólares y en 1943 se estableció en Costa Rica la sede del Instituto Interamericano de Ciencias Agrícolas (IICA). También se destacó su participación en la creación de la Orquesta Sinfónica Nacional.



Se presentó un breve video sobre la Academia Diplomática, que cuenta con una sala “Yvonne Clays”, y se resaltaron algunas iniciativas que mantienen viva su contribución al desarrollo cultural y social de Costa Rica. Las biografías y memorias de destacados diplomáticos, publicadas por el Instituto de Servicios Exteriores Manuel María de Peralta del Ministerio de Asuntos Exteriores y Culto, se agrupan  bajo la “Serie Yvonne Clays”.

El 27 de abril de 2022 la Asamblea Legislativa la declaró ciudadana honoraria, y en agosto del mismo año se presentó la obra “Las Machas”, que destaca hechos históricos de una década desde la perspectiva imaginaria de dos “primeras damas” (doña Yvonne Clays y Henrietta Boggs).

Finalmente, el nuevo Cónsul General Olger Adonai Arias Sánchez subrayó el importante papel que jugó Yvonne Clays en las reformas sociales en Costa Rica en la década de 1940. Después del evento,  el público continuó conversando en español, por supuesto.

“Que su figura y su memoria sirvan de inspiración y puente en las relaciones bilaterales entre Costa Rica y Bélgica” / “Moge haar figuur en herinnering dienen als inspiratie en als brug in de bilaterale betrekkingen tussen Costa Rica en België.”


De Belgisch-Ibero-Amerikaanse Vereniging (A.B.I.A.) heeft als voornaamste doel de culturele toenadering tussen België en de Spaanssprekende landen te bevorderen en de taal, cultuur en gewoontes van de inwoners van deze landen te verspreiden.  



De vereniging werd opgericht in 1931 toen Antwerpen een groot consulair korps van Spaanstalige landen had omwille van de haven. Volgens het Adresboek van de Stad en de Provincie Antwerpen van Uitgeverij “Ratinckx Frères”, editie 51 van het desbetreffende jaar van oprichting, waren er 19 consulaten van Spaanstalige landen.  Dat van Costa Rica, onder leiding van consul generaal Maurice Deckers, bevond zich op de Meir 28-30. De diplomaten wilden in die tijd een sociaal cultureel leven opbouwen in het Spaans en richtten daarom deze vereniging op.

De consulaten zijn intussen bijna allemaal verplaatst naar Brussel, maar de vereniging in Antwerpen hield stand. In het begin was deze vooral economisch gericht, maar later kreeg de cultuur de bovenhand. Elke woensdagavond vind er in de nieuwe locatie Eetkafee ‘t Forum in Edegem een activiteit plaats.   Doordat de vereniging intensief samenwerkt met Belgische universiteiten en de ambassades van de Spaanstalige landen kan ze haar leden een gevarieerd programma aanbieden zoals conferenties, lezingen, concerten, films en theatervoorstellingen.

Stuwende kracht achter al deze wekelijkse culturele activiteiten is voorzitster Barbara Moreels,  sinds 2017 ereconsul van Spanje te Antwerpen. Alhoewel de meeste leden Belgen zijn met interesse in de cultuur, probeert ze steeds om personen met Spaans als moedertaal uit te nodigen om iets te komen voorstellen. Zo kwam eind oktober 2021 de toenmalige ambassadeur van Costa Rica, Sergio Iván Alfaro Salas, langs ter gelegenheid van de 200-jarige onafhankelijkheid van zijn land en van nog vier andere Centraal-Amerikaanse republieken.


“First Ladies” Yvonne Clays Spoelders en Eleanor Roosevelt, president Rafael Ángel Calderón Guardia en de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Cordell Hull / Las “Primeras Damas” Yvonne Clays Spoelders y Eleanor Roosevelt, el Presidente Rafael Ángel Calderón Guardia y el Secretario de Estado de los Estados Unidos Cordell Hull


Vorige woensdag (22 januari 2025) bracht de huidige ambassadrice van Costa Rica, Eliana María Villalobos Cárdenas, hulde aan de allereerste diplomate van haar land, de in Antwerpen geboren Yvonne Clays Spoelders. In haar functie van “first lady” in de periode 1940-1944 had ze de leiding over verschillende speciale missies in de Verenigde Staten en andere landen. Dankzij haar inspanningen kon in 1942 een contract ondertekend worden waarmee Costa Rica een lening van bijna twee miljoen dollar kreeg en kwam in 1943 het hoofdkantoor van het Inter-Amerikaanse Instituut voor Landbouwwetenschappen (IICA) in Costa Rica terecht. Ook haar medewerking aan de oprichting van het Nationaal Symfonieorkest kwam aan bod.



Verder werd nog een korte video getoond over de “Academia Diplomática”, waar zich een “Yvonne Clays” zaal bevindt, en werd nog aandacht besteed aan enkele initiatieven die haar bijdrage aan de culturele en sociale ontwikkeling van Costa Rica levendig houden.  

Zo worden de biografieën en memoires van vooraanstaande diplomaten, gepubliceerd door het Instituut voor Buitenlandse Diensten Manuel María de Peralta van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en Eredienst gebundeld onder de naam “Serie Yvonne Clays”.  

Op 27 april 2022 verklaarde de Wetgevende Vergadering haar tot ereburger en in augustus van datzelfde jaar werd het theaterstuk “Las Machas” opgevoerd, dat historische gebeurtenissen uit een decennium belicht vanuit het denkbeeldige perspectief van  twee “first ladies” (Yvonne Clays en Henrietta Boggs).

Tenslotte benadrukte de nieuwe consul-generaal Olger Adonai Arias Sánchez de belangrijke rol die Yvonne Clays heeft gespeeld in de sociale hervormingen in Costa Rica in de jaren 1940.

Na de voorstelling werd er door de aanwezigen nog duchtig nagepraat, uiteraard in het Spaans.


Minister-adviseur Mónica Chamberlain Sáenz, voorzitster Barbara Moreels, ambassadrice Eliana María Villalobos Cárdenas en consul-generaal Olger Adonai Arias Sánchez / La Ministra Consejera Mónica Chamberlain Sáenz, la Presidenta Barbara Moreels, la Embajadora Eliana María Villalobos Cárdenas y el Cónsul General Olger Adonai Arias Sánchez

 

Bronnen/Fuentes :

- website/sitio web A.B.I.A.

- Spaanse vereniging uit Antwerpen ABIA viert 90-jarig bestaan, Saar Van Olmen, Gazet van Antwerpen 07-10-2021

- Otorgamiento de ciudadanía honorífica Yvonne Clays Spoelders, Ministerio de Relaciones Exteriores y Culto

miércoles, 1 de enero de 2025

La batalla de las Ardenas / De Slag om de Ardennen

 

La Batalla de las Ardenas, que ocurrió hace 80 años en la provincia belga de Luxemburgo, se desarrolló del 16 de diciembre de 1944 al 25 de enero de 1945. Fue el último gran esfuerzo de la Alemania nazi, ideado por Adolf Hitler, para asegurar la victoria final.

El plan consistía en lanar un ataque masivo desde la frontera entre Monschau (Alemania) y Echternach (Gran Ducado de Luxemburgo), con el objetivo de llegar a los puentes del río Maas, cruzarlos y avanzar hacia Amberes. Esto tenia como fin interrumpir el abastecimiento aliado en este puerto y forzar negociaciones de paz. Un componente clave del plan era la toma de Bastoña, una ciudad con aproximadamente cuatro mil habitantes, con una crucial intersección de siete caminos en los bosques de las Ardenas.

La heroica resistencia de las tropas estadounidenses, la superioridad aérea aliada y la escasez de combustible fueron factores decisivos en la derrota alemana. Debido a su alto contenido heroico y las duras condiciones invernales, con fuertes nevadas y temperaturas de hasta -20° C, la Ofensiva de las Ardenas se ha convertido en un episodio célebre de la Segunda Guerra Mundial.

Aunque la Batalla fue principalmente entre Estados Unidos y la Alemania nazi, también participaron tropas británicas, incluyendo el 1.er Batallón de Paracaidistas canadiense y el 5.º SAS que se transformó en una unidad con jeeps armados en octubre de 1944. El 31 de diciembre de 1944, tres soldados de esta formación murieron cuando su jeep fue atacado.

Algunos costarricenses, con raíces estadounidenses, también participaron en la Batalla de las Ardenas.

El teniente Carl Edward Bronn, de la distinguida “101e Airborne Division” bajo el mando del general Anthony McAuliffe, jugó un papel crucial al mantener la posición en Bastoña, rodeada por fuerzas  alemanes. Este retraso fue crucial para frenar el avance alemán.

El 22 de diciembre, Carl Bronn y cinco compañeros destruyeron un emplazamiento enemigo enemigo y el 24 de diciembre resultó herido en un ataque. Fue reconocido por su heroismo con un diploma del general Dwight Eisenhower.

Carl Edward Bronn, nacido como Carlos Eduardo Aguilar Chinchilla el 2 de septiembre de 1925 en La Merced, Central, San José, fue adoptado en 1942 por Truman Adolph Bronn. 


Carlos Bronn Aguilar (Foto: Homenaje a los combatientes costarricenses en la Segunda Guerra Mundial)

Se casó dos veces, tuvo un hijo (Timothy) y falleció en Arden, Buncombe, Carolina del Norte, el 9 de mayo de 2009.

Otro costarricense, Joseph Manuel Casas, se unió al ejército estadounidense el 17 de abril de 1944 y fue destinado a Europa, sirviendo en el Tercer Ejército bajo el general George Patton. Este ejército liberó Bastoña el 26 de diciembre de 1944. Joseph fue herido el 4 de enero de 1945 y recibió varias condecoraciones, incluyendo el "Corazón Púrpura" (otorgada en nombre del presidente de los Estados Unidos), la medalla "Buena Conducta" (por un servicio honorable y fiel) y otras.

Nacido el 24 de septiembre de 1920 en Nueva York, donde habían emigrado sus padres colombianos Dolce Casas y Rosa Giraldo. A los 23 años se despidió de su madre en San José para servir en el ejército estadounidense. Después de la Segunda Guerra Mundial, encontró trabajo en la Embajada de Estados Unidos en Costa Rica y se casó con Alice Ulate Rivera el 11 de diciembre de 1948. Tuvo dos hijas (Silvia y Gabriela) y falleció el 11 de julio de 2003 en Curridabat, San José.


José Manuel Casas Giraldo (foto: https://www.familysearch.org)

Rafael Calderón Céspedes, otro costarricense, participó en la invasión de Normandía y avanzó hasta Alemania, pasando Francia, Bélgica y Luxemburgo, aunque no hay detalles especificos sobre su participación en las Ardenas. Herido en la pierna, fue transferido al "Quartermaster Corps", que hacia el traslado de municiones al frente hasta el final de la guerra. Recibió varios medallas, incluyendo el  "Corazón Púrpura".

Rafael (Ralph) Franklin nació el 11 de mayo de 1913 en El Mojón, Central, San José. Era el menor de seis hijos de la familia de Francisco Calderón y Josefa Céspedes. Cuando Rafael se alistó en el ejército estadounidense, vivía en Chicago. Después de la guerra permaneció un tiempo en Europa y luego regresó a Estados Unidos donde trabajó, entre otras cosas, como personal de mantenimiento. Falleció el 4 de abril de 1993 en Los Ángeles.

La victoria estadounidense en la Batalla de las Ardenas fue crucial para acelerar el final de la guerra, aunque resultó ser uno de los eventos más sangrientos de la Segunda Guerra Mundial. Los estadounidenses perdieron más hombres en las Ardenas que durante el desembarco de Normandía. Todavía no hay certeza sobre el número exacto de víctimas en Bastoña y sus alrededores. Según el Museo de la Guerra de Bastoña murieron entre 10.000 y 19.000 soldados estadounidenses, entre 15.000 y 20.000 soldados alemanes y unos 3.000 civiles en Bélgica y el Gran Ducado de Luxemburgo.

Los soldados de la “101st Airborne Division” abandonan Bastoña / Soldaten van de “101st Airborne Division” verlaten Bastenaken (foto : Mediadrumimages / Royston Leonar)

 

Van 16 december 1944 tot 25 januari 1945 vond 80 jaar geleden in de Belgische provincie Luxemburg de slag om de Ardennen plaats. Het was een laatste wanhoopspoging van Nazi-Duitsland (een persoonlijk plan van Adolf Hitler) om de eindoverwinning te behalen.

Het plan bestond erin om door een massale aanval vanaf de grens tussen Monschau (Duitsland) en Echternach (Groothertogdom Luxemburg) door te dringen tot de bruggen over de rivier Maas, die over te steken en dan op te rukken naar Antwerpen. Zo konden ze de geallieerden beletten om zich in deze haven te bevoorraden en hen tot vredesonderhandelingen dwingen. Centraal in dit plan stond de bezetting van Bastenaken, een stadje met ongeveer vierduizend inwoners, waar zich een belangrijk kruispunt van zeven wegen in de wouden van de Ardennen bevond.  

Heldhaftig verzet van de Amerikaanse troepen, overwicht van de geallieerde luchtmacht en brandstoftekort waren de voornaamste redenen voor de Duitse nederlaag.   Precies door dat hoge “heldengehalte” en de overlevingsstrijd in extreme winterse omstandigheden (met hevige sneeuwval en ijskoude temperaturen tot – 20° C) is het Ardennenoffensief een begrip geworden in de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog.

Alhoewel de Slag om de Ardennen voornamelijk werd uitgevochten tussen de Verenigde Staten en Nazi-Duitsland namen er ook Britse troepen aan de gevechten deel, waaronder het 1ste Canadese Parachute Bataljon en het 5de  Belgische SAS (Special Air Service). Dat was oorspronkelijk een parachutisteneenheid die in oktober 1944 werd omgevormd tot een verkenningsafdeling met bewapende jeeps. Op 31 december 1944 kwamen drie militairen van deze legerformatie om het leven nadat hun jeep onder vuur was genomen.

Ook enkele Costa Ricanen, met Amerikaanse “roots”, streden in de Ardennen.

Luitenant Carl Edward Bronn behoorde bij de heroïsche Amerikaanse 101e Luchtlandingsdivisie (101e Airborne Division) onder leiding van brigadegeneraal Anthony McAuliffe die haar positie in het door Duitsers omsingelde Bastenaken kon behouden. De vertraging die de Duitse opmars hierdoor opliep bleek cruciaal voor het verdere verloop van het offensief.

Op 22 december had Carl Bronn met vijf metgezellen een vijandelijke kanonnenopstelling vernietigd en op de ochtend van 24 december raakte hij tijdens één van de vele Duitse aanvallen gewond. Hij ontving van generaal Dwight Eisenhower, evenals alle anderen van zijn divisie, een diploma voor de buitengewone heldenmoed die hij had getoond tijdens de verdediging van Bastenaken.

Deze vooraanstaande parachutist werd op 2 september 1925 in La Merced, Central, San José geboren als Carlos Eduardo Aguilar Chinchilla. Na het huwelijk van zijn moeder Ofelia in 1931 met de Amerikaan Truman Adolph Bronn werd hij door deze laatste geadopteerd in 1942 en kreeg hij zijn  nieuwe naam Carl Edward Bronn Aguilar. Hij was tweemaal gehuwd, had één zoon (Timothy) en overleed in Arden, Buncombe, North Carolina op 9 mei 2009.

Een andere Costa Ricaan in het Ardennenoffensief was Joseph Manuel Casas. Hij trad op 17 april 1944 in dienst van het Amerikaanse leger, werd in Europa gestationeerd en later  overgeplaatst naar een regiment van het Derde Leger onder leiding van generaal George Patton.   Het was dit leger dat op 26 december 1944, na meerdere dagen van hevige gevechten, de vijandelijke linies doorbrak en Bastenaken bevrijdde.  

Op 4 januari 1945 raakte Joseph gewond en diende opgenomen te worden in het Algemeen Ziekenhuis 128 van het Amerikaanse Leger in Engeland en nam na zijn herstel nog deel aan andere oorlogsacties met het Negende Leger.  Voor zijn moed ontving hij de “Purple Heart” medaille (uitgereikt in naam van de Amerikaanse president) , de “Good Conduct” medaille (voor eervolle en trouwe dienst) en andere.

José Manuel werd geboren op 24 september 1920 in New York naar waar zijn Colombiaanse ouders Dolce Casas en Rosa Giraldo waren geëmigreerd. Op 23-jarige leeftijd nam hij in San José afscheid van zijn moeder om te gaan dienen in het Amerikaanse leger. Na de Tweede Wereldoorlog vond hij werk op de Amerikaanse ambassade in Costa Rica en huwde hij op 11 december 1948 met Alice Ulate Rivera. Hij had twee dochters (Silvia en Gabriela) en overleed op 11 juli 2003 in Curridabat, San José.

Een andere Costa Ricaan, Rafael Calderón Céspedes, nam deel aan de invasie van Normandië en rukte via Frankrijk, België en Luxemburg op naar Duitsland. Hij moet dus ook in de Ardennen gevochten hebben, al werden hierover geen details teruggevonden. Gewond aan zijn been werd hij overgebracht naar het “Quartermaster Corps” dat tot het einde van de oorlog munitie naar het front vervoerde.  Hij ontving verscheidene onderscheidingen waaronder de “Purple Heart” medaille.


Rafael Calderón Céspedes (Foto: Homenaje a los combatientes costarricenses en la Segunda Guerra Mundial)

Rafael (Ralph) Franklin werd geboren op 11 mei 1913 in El Mojón, Central, San José. Hij was de jongste van in totaal zes kinderen in het gezin van Francisco Calderón en Josefa Céspedes. Toen Rafael in dienst trad bij het Amerikaanse leger, woonde hij in Chicago. Na de oorlog verbleef hij nog even in Europa en trok daarna terug naar de Verenigde Staten waar hij onder meer werkzaam was als klusjesman.  Hij overleed in Los Angeles op 4 april 1993.

Door de Amerikaanse overwinning in de slag om de Ardennen kwam het einde van de oorlog sneller dichterbij, maar tegelijk was het één van de bloedigste gebeurtenissen van de Tweede Wereldoorlog. De Amerikanen verloren meer manschappen in de Ardennen dan tijdens de landing in Normandië. Over het juiste aantal gesneuvelden in en rondom Bastenaken bestaat nog steeds geen zekerheid. Volgens het Oorlogsmuseum in Bastenaken stierven tussen de 10.000 en 19.000 Amerikaanse soldaten, tussen de 15.000 en 20.000 Duitse soldaten en ongeveer 3.000 burgers in België en in het Groot Hertogdom Luxemburg. 

Koningin Mathilde en koning Filip van België gooien, samen met een oud-strijder, walnoten vanaf het balkon van het stadhuis van Bastenaken naar het publiek tijdens de jaarlijkse herdenking op 14 december laatstleden. Dit is een herinnering aan het beroemde antwoord van Generaal McAuliffe (“Nuts”) op de vraag tot overgave van de Duitsers / La reina Matilde y el rey Felipe de Bélgica, junto con un veterano, lanzan nueces al público desde el balcón del ayuntamiento de Bastoña durante la conmemoración anual del pasado 14 de diciembre. Este es un recordatorio de la famosa respuesta del general McAuliffe (“Nuts”) a la exigencia de rendición de los alemanes. (foto: BELGA)

Bronnen/Fuentes :

Homenaje a los combatientes costarricenses en la Segunda Guerra Mundial, 1946

75 jaar geleden: Felle gevechten in de hel van Bastogne, Peter Schrijvers, VRT News, 15-12-2019

De laatste gok van Hitler, die in zijn gezicht ontplofte: 80 jaar geleden begon het Ardennenoffensief, Alexander Verstraete, Tim Trachet, Jan Ouvry, VRT News, 16-12-2024

La pequeña historia de otros ticos en la Guerra Mundial, Yehudi Monestel A., La Prensa Libre, 07-03-1961

Legión de olvidados : Héroes costarricenses de la Segunda Guerra, La República, 12-05-1975

José M. Casas, soldado de San José, herido, salió del hospital, La Prensa Libre, 14-05-1945

A sangre y fuego : los comandos ticos. El increíble costarricense que llenó de orgulo a Eisenhower, William Kapic, La República, 11-03-1990

Website/Sitio Web:

https://www.ancestry.com

https://www.familysearch.org

domingo, 10 de noviembre de 2024

Je m’appelle René Vanhuffel - Mijn naam is René Vanhuffel - Mi nombre es René Vanhuffel

 

Deze maand is het 45 jaar geleden dat René Vanhuffel overleed in Barrio Amón, Central, San José op negenenzeventig jarige leeftijd.  Hij leidde de School voor Moderne Talen van 1963 tot 1970 en was professor Engels, maar voornamelijk Frans in het “Liceo de Costa Rica”, het “Colegio San Luis Gonzaga”,  het “Colegio de Señoritas” en de School “Mercantil Manual Aragon”. 

Hij was de auteur van een bepaalde methode om de Franse taal aan te leren en werd daardoor beschouwd als de beste leraar Frans van het land. Hij was zeer competent, niet nationalistisch maar kosmopolitisch. Zijn taallessen gingen niet over een bepaalde taal, maar over het waarderen ervan als middel om door te dringen tot een bepaalde cultuur en een visie op de wereld, altijd vanuit een universeel perspectief. Zijn studenten leerden de taal van de grote Gallische toneelschrijvers,  filosofen en andere illustere denkers en leerden de eeuwige stad Rome kennen en waarderen. Slechts weinigen waren op de hoogte van het feit dat René Vanhuffel geen Fransman was maar een Belg.


       (Foto : UCR, Archivo Universitario Rafael Obregón Loría / AUROL)

Hij werd geboren op 29 januari 1900 in Sint-Gillis (een gemeente nabij Brussel) als René Charles Henri Adolphe Vanhuffel (familienaam aan elkaar geschreven). Zijn moeder Henriette Pilippine Fanny Dedobbeleer en zijn vader Charles Adolphe Vanhuffel (boekhouder) waren beiden afkomstig van Brussel. Zijn “roots” liggen echter in Vlaanderen want zijn grootvader Charles François was een bediende uit Oudenaarde (provincie Oost-Vlaanderen) en zijn overgrootvader Louis Charles was een schrijver uit dezelfde stad. René Vanhuffel had nog een zes jaar jongere broer Robert.

Het middelbaar onderwijs volgde René Vanhuffel aan het Atheneum van Sint-Gillis (momenteel Koninklijk Atheneum Victor Horta genaamd) dat in 1900-1901 was uitgebreid met een afdeling Grieks-Latijns en met een muziekschool in 1903.   Omdat de universiteiten gesloten waren tijdens de Eerste Wereldoorlog doceerden enkele professoren van de Vrije Universiteit Brussel in het Atheneum. Tijdens zijn studiejaren aldaar (+/- 1912-1918) waren er nog enkele andere toekomstige beroemdheden onder de studenten waaronder Paul-Henri Spaak (eerste minister) en Paul Delvaux (surrealistisch schilder).


Atheneum van Sint-Gillis rond 1903 / Ateneo de Saint-Gilles hacia 1903 (foto: Dexia Bank Collectie / foto: Colección del Banco Dexia)

In 1918 was René Vanhuffel kandidaat in de filosofie en de letteren aan het Simon Stevin Instituut in Brussel.

Er zijn geen gegevens over hoe René de oorlogsjaren heeft doorgebracht en of hij al dan niet heeft deelgenomen als soldaat aan de Eerste Wereldoorlog. Er zijn verscheidene aanwijzingen dat hij, als vreedzaam en anti-oorlog persoon, geen militaire dienst heeft gedaan. Hij zou nu onder de categorie “gewetensbezwaarde” vallen.

Wat wel vaststaat is dat hij op 18 februari 1919 aankwam in New York met het schip “La Lorraine”, komende van Le Havre (op zijn intentieverklaring had hij als beroep musicus en leraar genoteerd). Wat hij in deze Franse havenstad in Normandië deed, is ook onduidelijk.  Wat we wel weten is dat de Belgische regering van oktober 1914 tot november 1918 in ballingschap verbleef in “Sainte-Adresse” bij Le Havre.

Ook de “Belgische Commissie van Hulpbetoon aan Vluchtelingen” die instond voor de bijstand van Belgische vluchtelingen in Frankrijk had zijn standplaats in Le Havre. Misschien dat René bij één van beide werkzaam was ?

Via de Verenigde Staten en Mexico zou René dan begin de jaren 1920 in Costa Rica terecht zijn gekomen, al dan niet als vervolg op een Belgische economische missie in dat land.

Hij raakte toen bevriend met zijn voornaamgenoot René Picado Michalski, student Medicijnen en broer van toekomstig president Teodoro Picado Michalski. Zo trokken ze samen onder meer op vakantie naar Mexico. Het was ook René Picado die de vrijgezellenavond van René Vanhuffel had georganiseerd. 

In 1922 reisde deze laatste dan opnieuw naar de Verenigde Staten, waar hij zich in Chicago (Illinois) ging vestigen. Waarom is niet  terug te vinden.

Op 7 november 1923 trad hij in het huwelijk met de Costa Ricaanse Victoria Madrigal Araya, lerares en suffragette, evenals haar nog bekendere zus Vitalia. Merkwaardig genoeg was René Vanhuffel niet aanwezig op dit burgerlijk huwelijk maar liet hij zich wettelijk vertegenwoordigen.  Drie dagen na de huwelijksceremonie vertrok zijn kersverse vrouw dan naar Chicago om zich bij hem te komen voegen.   

Op 21 oktober 1926 werd hun enigste kind, Fanny geboren. Zij studeerde piano bij Guillermo Aguilar, toenmalig directeur van het Nationaal Muziekconservatorium van Costa Rica (opgeleid in België). Ze studeerde ook viool en zang en was in de jaren 1944-1945 lid van het Nationaal Symfonisch Orkest van Costa Rica waar ze tweede viool speelde. Als uitwisselingsstudente in het Evans College (Indiana, Verenigde Staten) kon ze zich verder specialiseren in haar muziekstudies en kon ze ervaring opdoen in het Evansville Symfonie Orkest en in het Universiteitskoor. In 1946 keerde ze terug naar Costa Rica met verscheidene diploma’s op zak.  Uiteindelijk zou ze huwen met de Amerikaan Paul Steven Reed Ruby en in de Verenigde Staten verblijven. Uit dit huwelijk kwamen drie kinderen voort : Victoria, Katherine en Michael Gary.

Wanneer het koppel Vanhuffel-Madrigal precies vanuit de Verenigde Staten terugkeert naar Costa Rica (zeker na november 1924 en voor oktober 1926) is niet duidelijk, maar halverwege de jaren twintig is René leraar Frans aan het “Liceo de Costa Rica”, een beroep dat hij in verschillende scholen zou uitoefenen tot aan zijn verplichte pensioen in maart 1970.  

René Vanhuffel zou ook een prominente rol spelen in het tot stand komen van de allereerste Costa Ricaanse fictiefilm in 1930, getiteld “El Retorno” (De Terugkeer).  Hij had de Italiaanse regisseur Albert-Francis Bertoni het jaar daarvoor in Parijs ontmoet en kon hem overtuigen de Atlantische Oceaan over te steken voor het draaien van de film. Ook had hij al contact met de Costa Ricaanse fotograaf, filmmaker en musicoloog Walter Bolandi Rodríguez, die de fotografie voor zijn rekening zou nemen. Volgens de aftiteling van de film was René de assistent-regisseur en hij en zijn vrouw hadden zelfs een bijrol in de film.

René ontpopte zich eveneens als reisorganisator. Zo organiseerde hij voor zijn leerlingen verscheidene daguitstappen naar diverse nationale monumenten, voor professoren en docenten tijdens de eindejaarvakantie reizen naar diverse landen in Europa of een excursie naar datzelfde continent ter gelegenheid van de honderdste verjaardag van de Belgische onafhankelijkheid.

Vermits in die jaren geen Belgische ambassade was in Costa Rica (dat was maar voor het eerst in 1970) nam René Vanhuffel ook bepaalde taken voor zijn rekening en was hij het centrum van de Belgische kolonie in Costa Rica. Zo was hij één van de organisatoren van de bijeenkomst van het “Belgische Pro-Vluchtelingencomité” na de inval van Duitsland in België tijdens de Tweede Wereldoorlog (een comité waarvan onder meer ook de “first lady” Yvonne Clays deel uitmaakte).

René vertegenwoordigde België op de grote kermis die in het Nationaal Theater werd georganiseerd door het “Oorlogsfonds voor de Geallieerden” en in de Feestcommissie die door de Verenigde Naties in San José was opgericht om de “Dag van de Overwinning” te vieren. Hij organiseerde ook het feest voor Paul Van Zeeland, de ex-Premier van België, toen die in maart 1943 Costa Rica bezocht.


       René Vanhuffel (zittend, uiterst links) vergezeld door de professoren van de Faculteit Wetenschappen en Letterenraad in 1967 / René Vanhuffel (sentado, extremo izquierdo) acompañado por los profesores del Consejo de la Facultad de Ciencias y Artes en 1967 (Foto : UCR, Archivo Universitario Rafael Obregón Loría / AUROL)

René Vanhuffel, die de Costa Ricaanse nationaliteit had bekomen in 1929, overleed op 22 november 1979 ten gevolge van een acuut longoedeem. Hij heeft heel wat Costa Ricanen niet alleen de Franse taal aangeleerd maar hen ook verscheidene culturen leren kennen en waarderen en hen een bepaalde visie op de wereld meegegeven.


Este mes marca el 45 aniversario del fallecimiento de René Vanhuffel en Barrio Amón, San José, a la edad de 79 años. Fue director de la Escuela de Idiomas Modernos entre 1963 y 1970 y enseñó principalmente francés, aunque también inglés, en instituciones como el “Liceo de Costa Rica”, el “Colegio San Luis Gonzaga”, el “Colegio de Señoritas” y el “Colegio Mercantil Manual Aragón”.

Creó un método único para enseñar francés y fue considerado el mejor profesor de francés del país. Cosmopolita y no nacionalista, sus clases no se limitaban a un idioma especifico, sino que promovían el idioma como una puerta de entrada a una cultura y una perspectiva global. Sus estudiantes aprendieron sobre grandes dramaturgos, filósofos y pensadores franceses, y llegaron a conocer y apreciar la ciudad eterna de Roma. Pocos sabían que René Vanhuffel era belga, no francés.

Nació el 29 de enero de 1900 en Saint-Gilles, cerca de Bruselas, con el nombre de René Charles Henri Adolphe Vanhuffel (apellido escrito juntos). Sus padres, Henriette Pilippine Fanny Dedobbeleer y  Charles Adolphe Vanhuffel (contador), eran de Bruselas, pero sus raíces estaban en Flandes porque su abuelo Charles François fue un sirviente de Oudenaarde (provincia de Flandes Oriental) y su bisabuelo Louis Charles fue un escritor de la misma ciudad. Don René tenía un hermano menor llamado Robert.


La casa natal de don René se encuentra en la calle Théodore Verhaegen número 73 en Saint-Gilles / In de Théodore Verhaegenstraat nummer 73 in Sint-Gillis bevindt zich het geboortehuis van René  (foto: Dexia Bank Collectie / foto: Colección del Banco Dexia)

Recibió su educación secundaria en el Ateneo de Saint-Gilles (actualmente llamado Ateneo Real Victor Horta), que fue ampliado en 1900-1901 con un departamento greco-latino y con una escuela de música en 1903. Debido a que las universidades fueron cerradas durante la Primera Guerra Mundial, algunos profesores de la Universidad Libre de Bruselas enseñaron en el Ateneo. Estudió entre 1912 y 1918 junto a futuros destacados como Paul-Henri Spaak (primer ministro) y Paul Delvaux (pintor surrealista).

En 1918, fue candidato a Filosofía y Letras en el Instituto Simon Stevin de Bruselas.

No hay información sobre su participación en la Primera Guerra Mundial, pero se cree que, siendo  pacifista, no hizo el servicio militar. Ahora entraría en la categoría de “objetor de conciencia”.

Don René llegó a Nueva York el 18 de febrero de 1919 en el barco “La Lorraine”, desde Le Havre (en su declaración de intenciones figuraba su profesión de músico y docente). No está claro qué hizo en esta ciudad portuaria francesa de Normandía. Lo que sí sabemos es que el gobierno belga estuvo exiliado en “Sainte-Adresse”, cerca de Le Havre, desde octubre de 1914 hasta noviembre de 1918.


  (foto : website / sitio web Cartorum)

La “Comisión Belga de Ayuda a los Refugiados”, responsable de la asistencia a los refugiados belgas en Francia, también tenía su base en Le Havre. ¿Quizás don René pudo haber trabajado en alguno de ellos?

Viajó a través de Estados Unidos y México, llegando a Costa Rica a principios de los años 20, posiblemente tras una misión económica belga.

Se hizo amigo de René Picado Michalski, estudiante de medicina y hermano del futuro presidente Teodoro Picado Michalski. Por ejemplo, se fueron juntos de vacaciones a México. También fue René Picado quien organizó la despedida de soltero de René Vanhuffel.

En 1922 este último regresó nuevamente a Estados Unidos, estableciéndose en Chicago (Illinois). Es imposible saber por qué.

El 7 de noviembre de 1923 se casó con la costarricense Victoria Madrigal Araya, maestra y sufragista, así como su aún más famosa hermana Vitalia. Aunque no estuvo presente en la boda civil, don René fue representado legalmente. Tres días después de la ceremonia de boda, su nueva esposa partió hacia Chicago para reunirse con él.

Su única hija, Fanny, nació el 21 de octubre de 1926 y se destacó en música. Estudió piano con Guillermo Aguilar, entonces director del Conservatorio Nacional de Música de Costa Rica (quien se formó en Bélgica). También estudió violín y canto y fue miembro de la Orquesta Sinfónica Nacional de Costa Rica de 1944 a 1945, donde tocó el segundo violín. Como estudiante de intercambio en Evans College (Indiana, Estados Unidos), pudo especializarse aún más en sus estudios musicales y adquirir experiencia en la Orquesta Sinfónica de Evansville y en el Coro Universitario. En 1946 regresó a Costa Rica con varios diplomas en el bolsillo.

Con el tiempo se casaría con el estadounidense Paul Steven Reed Ruby y viviría en Estados Unidos. Este matrimonio produjo tres hijos: Victoria, Katherine y Michael Gary.

No está claro exactamente cuándo la pareja Vanhuffel-Madrigal regresó de Estados Unidos a Costa Rica (seguramente después de noviembre de 1924 y antes de octubre de 1926) donde don René enseñó francés en varias instituciones hasta su jubilación obligatoria en marzo de 1970.

René Vanhuffel también jugaría un papel destacado en la creación de la primera película de ficción costarricense en 1930, titulada “El Retorno”. Había conocido al director italiano Albert-Francis Bertoni en París el año anterior y pudo convencerlo de cruzar el Atlántico para rodar la película. También ya tuvo contacto con el fotógrafo, cineasta y musicólogo costarricense Walter Bolandi Rodríguez, quien sería el responsable de la fotografía. Según los créditos de la película, René era el asistente de dirección y él y su esposa incluso tuvieron papeles secundarios en la película.


René Vanhuffel como detective en la película “El Retorno” / René Vanhuffel als detective in de film “El Retorno” (foto : captura de pantalla de la película / screen shot uit de film)

Don René también surgió como organizador de viajes. Por ejemplo, organizó varias excursiones de un día a diversos monumentos nacionales para sus alumnos, viajes a varios países de Europa para profesores y maestros durante las vacaciones de fin de curso o una excursión al mismo continente con motivo del centenario de la independencia belga.

Como en aquellos años no había embajada belga en Costa Rica (eso fue recién en 1970), René Vanhuffel también asumió ciertas tareas y fue el centro de la colonia belga en Costa Rica. Por ejemplo, fue uno de los organizadores de la reunión del “Comité belga pro-refugiados” tras la invasión alemana de Bélgica durante la Segunda Guerra Mundial (comité del que también era miembro la “primera dama” Yvonne Clays).  

Don René representó a Bélgica en la gran feria organizada en el Teatro Nacional por el “Fondo de Guerra” y en el Comité de Fiestas creado por las Naciones Unidas en San José para celebrar el “Día de la Victoria”. También organizó la fiesta de Paul Van Zeeland, el ex Primer Ministro de Bélgica, cuando visitó Costa Rica en marzo de 1943.

Obtuvo la nacionalidad costarricense en 1929 y falleció el 22 de noviembre de 1979 debido a un edema pulmonar agudo. No sólo enseñó a muchos costarricenses el idioma francés, sino también les enseñó a conocer y valorar diversas culturas y les dio una determinada visión del mundo.

 

Bronnen/Fuentes:

René Van Huffel, un privilegiado puente con la cultura de habla francesa, Victor Valembois, Revista Educación, 2004

En la huella de René Van Huffel, Victor Valembois, La Revista, 04-06-2023

Rijksarchief België – Archivos estatales de Bélgica

website/sitio web FamilySearch

Krantenartikels uit / artículos periodísticos de La Tribuna, Diario del Comercio, Diario de Costa Rica, La Prensa Libre, La Hora en/y La República

Sainte-Adresse, onze tijdelijke hoofdstad, Tim Trachet, VRT News, 19-02-2015

Paul Delvaux de Saint-Gilles, Info Saint-Gilles, 09-2022