Het
Leo XIII seminarie en de broers Volio Jiménez
Paus Leo XIII, voornamelijk bekend van zijn sociale
encycliek Rerum Novarum, was een hevige voorstander van het thomisme, een
filosofische school, gebaseerd op de ideeën en het werk van de middeleeuwse
dominicaanse theoloog Thomas van Aquino.
Door deze filosofie (die de christelijke leer integreerde met elementen
uit het aristotelisme) te vernieuwen en aan te passen aan het eigentijds
denken, ontstond in het midden van de 19de eeuw het neothomisme. Hoofdbedoeling
was het Christelijk-religieuze en filosofische denken te beschermen door een
synthese tussen geloof en moderne wetenschap te creëren.
Met de steun van paus Leo XIII introduceerde de toekomstige kardinaal Désiré Mercier het neothomisme in België. De paus was heel goed op de hoogte van de situatie in België vermits hij in dat land drie jaar lang werkzaam was geweest als nuntius, zijnde een diplomatiek vertegenwoordiger van de Heilige Stoel.
Paus Leo XIII/ El Papa
León XIII (postkaart van de website/postal del sitio web www.delcampe.net)
In 1882 werd Désiré Mercier in Leuven benoemd tot titularis van de leerstoel thomistische wijsbegeerte. Zijn onderwijs had zo’n succes dat in 1889 binnen de Katholieke Universiteit te Leuven het Hoger Instituut voor Wijsbegeerte werd opgericht, ook wel bekend onder de naam Sint-Thomasschool. Door de integratie van dit Instituut binnen de Universiteit werd het als snel een centrum voor onderzoek en onderwijs met voortdurende inbreng vanuit de verschillende vakwetenschappen.
Mgr Désiré Joseph Mercier in 1882/Monseñor Désiré Joseph Mercier en el año 1882 (foto van de website/foto del sitio web : https://hiw.kuleuven.be)
Om het aanvankelijk eerder vrij geringe studentenaantal te doen stijgen, overwoog Désiré Mercier vanaf 1892 ook de oprichting van een seminarie voor studenten in priesteropleiding die college volgden aan het Instituut. In een eerste fase huisvestte hij deze seminaristen in gehuurde annexen van het nabije klooster van de paters Scheutisten. De bouw van het seminarie werd ingezet begin 1895 met de zuidvleugel die datzelfde jaar nog werd in gebruik genomen. Daarna volgde de bouw van de oostvleugel. Het in neogotische stijl gebouwde Leo XIII seminarie werd in mei 1898 ingewijd.
Het Leo XIII seminarie
/ El seminario León XIII (postkaart van de website/postal del sitio web www.delcampe.net)
Eén van de allereerste ingeschrevenen aan dit seminarie was de Costa Ricaan Claudio María Volio Jiménez. Hij werd geboren te Cartago op 28 oktober 1874 en was het negende kind uit een gezin van in totaal 15 kinderen. Zijn grootmoeder langs vaderskant, Juana, was de zus van de eerste bisschop van Costa Rica, Mgr Anselmo Llorente Lafuente. Zijn oudste broer Juan (dertien jaar ouder) was een jezuïet en trok naar de Verenigde Staten. En zijn op één na jongste broer Jorge (acht jaar jonger) studeerde eveneens aan het Leo XIII seminarie. Hij komt ruim aan bod in een toekomstig artikel.
Mgr/Monseñor Claudio
Volio Jiménez (foto:
El libro azul de Costa Rica, parte VI)
Claudio Volio Jiménez volgde drie jaar
geesteswetenschappen in het Colegio de San Luis Gonzaga in Cartago. Toen hij
een studiebeurs kreeg van bisschop Bernardo Augusto Thiel trok hij in mei 1889
naar Europa met een Engels schip dat hem tot aan de Franse kust bracht. Hij had
het gezelschap van vier landgenoten : Rafael Otón Castro Jiménez (die later de
eerste aartsbisschop van San José zou worden) en de uit Cartago afkomstige broers
Carlos María, Luis Paulino en Rafael Jiménez Ortiz.
Vanuit Frankrijk ging de tocht verder naar Rome om
daar te gaan studeren aan het colegio Pío Latinoamericano. Daar studeerden nog
andere Costa Ricanen (waaronder Antonio Monestel Zamora, Ricardo Zúñiga
Valverde, Fulgencio Chinchilla, Manuel Gómez, Matías Rojas en Manuel Umaña
Badilla), evenals de Belg Victor de Grève die als priester naar Costa Rica zou
trekken.
Een jaar later kwam Claudio, samen met één van zijn vier kompanen (Carlos María Jiménez Ortiz) naar België om verder te studeren aan het Heilige Drievuldigheidscollege te Leuven. In dit college publiceerde Claudio een lezing in het Frans over Gabriel García Moreno (de in 1875 om het leven gebrachte ex-president van Ecuador, tevens journalist, advocaat, auteur en poëet) en deze lezing kreeg de eer van een vertaling door de indertijd bekende Spaanse journalist José María Sánchez García.
Het Heilige Drievuldigheidscollege te Leuven/El Colegio de la Santísima Trinidad de Lovaina/ (postkaart van de website/postal del sitio web www.delcampe.net)
Carlos María Jiménez Ortiz bleef in het Heilige Drievuldigheidscollege te Leuven waar hij in 1894 afstudeerde met een graad in filosofie en letteren. Vanaf november 1892 was Claudio ingeschreven aan het Leo XIII seminarie. Samen met zeven Belgen vatte hij het allereerste schooljaar (1892-1893) aan van dit nieuwe seminarie.
Klasfoto uit het schooljaar/Foto de
clase del año escolar 1892-1893 : Van links naar rechts, zittend/de izquierda a
derecha, sentado : Arthur Arend, E.H.Désiré Nys (directeur van het
seminarie/director del seminario), Mgr/Monseñor Désiré Mercier (president van
het seminarie/presidente del seminario), Philippe De Ribaucourt, Hector
Clément. Van links naar rechts, rechtstaand/de izquierda a derecha, de pie :
Henri Daelen, Albert De Beule, Gaspar Simons, Claudio Volio, Jozef Huys (foto:
archief seminarie Leo XIII/archivo seminario León XIII)
Het leven in het seminarie was onderworpen aan
strenge regels die vermeld stonden in verschillende artikels van het
plaatselijke reglement. Hierin kon men onder andere terugvinden hoe de
dagindeling van de seminaristen eruit zag, wanneer en onder welke voorwaarden ze
het seminarie konden verlaten, wie er op bezoek mocht komen en hoe ze zich
moesten gedragen binnen en buiten het seminarie.
In het schooljaar 1895-1896 werd Claudio aangeduid
als senior. In deze functie was hij zowel een voorbeeld voor als de vertegenwoordiger
van de andere seminaristen. Zo was de senior degene die bijvoorbeeld namens de
seminaristen een toespraak hield tijdens
feesten en gelegenheden. Het was echter voornamelijk een ceremoniële functie, want
veel inspraak voor de seminaristen was er niet.
In 1896 behaalde Claudio zijn doctoraat in de filosofie
met als onderwerp de natuur en de objectiviteit van het gevoel. Hij trok naar het seminarie Saint-Sulpice in
Issy-les-Moulineaux (dichtbij Parijs) waar hij theologie studeerde en het
subdiakonaat ontving uit de handen van François Marie Richard, aartsbisschop
van Parijs.
Daarna keerde Claudio terug naar België waar hij op 17 december 1898 het diakonaat en het priesterschap ontving in de Sint-Rombouts kathedraal van Mechelen, de hoofdkerk van het aartsbisdom Mechelen-Brussel. Een dag later vierde hij in Leuven zijn eerste mis in de kapel van het Leo XIII seminarie, en werd daarin bijgestaan door Mgr Désiré Mercier.
De Sint-Rombouts
kathedraal en het Stadhuis van Mechelen / El catedral de San Rumbold y el
ayuntamiento de Malinas (postkaart van de website/postal del sitio web www.delcampe.net)
In 1899, na 10 jaar in Europa verbleven te hebben, was het tijd om terug naar Costa Rica te trekken. In juli arriveerde Claudio in Puerto Limón in het gezelschap van Mgr Bernardo Augusto Thiel waarvoor hij altijd bewondering en vertrouwen had gevoeld en was getuige van de geweldige ontvangst die door de Costa Ricanen en de geestelijkheid werd gegeven aan deze illustere prelaat. Zijn eerste mis vierde Claudio in de Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw van de Engelen in Cartago.
Mgr/Monseñor Bernardo
Augusto Thiel Hoffmann (foto van de website/foto del sitio web :
https://guiascostarica.info)
Claudio was priester in de parochies van Cartago, Santa Bárbara de Heredia en Alajuela. Hij was hoogleraar literatuur aan het klein seminarie van San José en werd in 1916 gekozen tot bisschop van het nieuw opgerichte bisdom Santa Rosa de Copán in Honduras. Het slechte weer, gezondheidsproblemen, politieke onrust en andere tegenslagen dwongen hem terug te keren naar Costa Rica in 1926.
Mgr/Monseñor Claudio
Volio Jiménez (foto:Carlos Porras)
Datzelfde jaar werd hij benoemd tot titulair bisschop van Laranda en in 1940 tot titulair aartsbisschop van Soterópolis. Zowel Laranda als Soterópolis waren gelegen in het voormalige Byzantijnse Rijk. Een titulair bisschop of aartsbisschop wordt gewijd op titel van een bisdom of aartsbisdom dat ooit heeft bestaan maar in de loop der eeuwen is verdwenen.
Mgr/Monseñor Claudio
Volio Jiménez (foto:Willi Otto Kobe)
In 1940 werd Claudio benoemd tot ereprelaat van de
Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw van de Engelen in Cartago, een functie die hij
bekleedde tot hij op 19 januari 1945 overleed in Puntarenas. Hij ligt begraven
in de kapel van het verzorgingstehuis “Asilo de la Vejez” in Cartago dat hij
zelf stichtte.
Buste van mgr Claudio Volio Jiménez in het “Asilo de la Vejez” in Cartago/Busto de monseñor Claudio Volio Jiménez en el "Asilo de la Vejez” en Cartago (foto del documental/foto uit de documentaire : “Se nos fue:Claudio María Volio Jiménez” de/van Informe 11 Repretel)
Het huis van Mgr Volio Jiménez was
gelegen in Cartago ten noorden van de “Plaza La Soledad” waar zich nu de
rechtbank bevindt / La casa del monseñor Volio Jiménez estuvo ubicada en
Cartago al norte de la Plaza La Soledad donde ahora está el Tribunal de
Justicia (foto del documental/foto uit de documentaire “Se nos fue:Claudio
María Volio Jiménez” de/van Informe 11 Repretel)
El Seminario León XIII y los hermanos
Volio Jiménez
El
Papa León XIII, mejor conocido por su encíclica social Rerum Novarum, fue un
firme defensor del tomismo, una escuela de filosofía basada en las ideas y la
obra del teólogo dominico medieval Tomás de Aquino. Renovó esta filosofía (que
integraba la doctrina cristiana con elementos del aristotelismo) y la adaptó al
pensamiento contemporáneo, entonces surgió el neo-tomismo a mediados del siglo
XIX. El objetivo principal fue proteger el pensamiento religioso y filosófico
cristiano mediante la creación de una síntesis entre la fe y la ciencia
moderna.
Con el apoyo del Papa León XIII, el futuro cardenal Désiré Mercier introdujó el neo-tomismo en Bélgica. El Papa conocía bien la situación en Bélgica, ya que había servido en ese país durante tres años como nuncio, es decir representante diplomático de la Santa Sede.
El Papa León XIII/Paus
Leo XIII (tarjeta de oración del sitio web/bidprentje van de website www.delcampe.net)
En 1882, monseñor Désiré Mercier fue nombrado titular de la cátedra de filosofía tomista en Lovaina. Su enseñanza fue tan exitosa que en 1889 se fundó el Instituto Superior de Filosofía dentro de la Universidad Católica de Lovaina, conocida también con el nombre de Escuela Santo Tomás. Debido a la integración de este Instituto dentro de la Universidad, rápidamente se convirtió en un centro de investigación y educación con aportes continuos de las diversas disciplinas.
Monseñor/Mgr Désiré Joseph Mercier (postal del sitio web/postkaart van de website www.delcampe.net)
A partir de 1892, con el fin de aumentar el número inicialmente bastante reducido de estudiantes, monseñor Désiré Mercier consideró formar un seminario para estudiantes de formación sacerdotal donde asistirán a conferencias en el Instituto. En la primera fase alojó a seminaristas en anexos alquilados al cercano monasterio de los padres Schutistas. La construcción del seminario comenzó a principios de 1895 y el ala sur empezó a funcionar ese mismo año. Seguido vino la construcción del ala este. El seminario León XIII, fue construido en estilo neogótico, e inaugurado en mayo de 1898.
El seminario León XIII/ Het Leo XIII seminarie (postal del sitio web/postkaart van de website https://www.leoxiiiseminarie.org)
Uno de los primeros inscritos en este seminario fue el costarricense Claudio María Volio Jiménez. Nacido en Cartago el 28 de octubre de 1874, fue el noveno hijo de una familia de 15 hijos. Su abuela paterna, doña Juana, era hermana del primer obispo de Costa Rica, monseñor Anselmo Llorente Lafuente. Su hermano mayor don Juan (trece años mayor que él) fue jesuita y se mudó a los Estados Unidos. Su segundo hermano menor, don Jorge (ocho años menor) también estudió en el seminario León XIII. Se tratará ampliamente en un artículo futuro.
Los hermanos Jorge y
Claudio Volio Jiménez en Puntarenas en 1943 / De broers Jorge (Georges) en
Claudio Volio Jiménez in Puntarenas in 1943 (foto:Willi Otto Kobe)
Claudio
Volio Jiménez estudió humanidades durante tres años en el Colegio de San Luis
Gonzaga de Cartago. Fue entonces cuando recibió una beca del obispo Bernardo
Augusto Thiel, viajó a Europa en mayo de 1889 en un barco inglés que lo llevó a
la costa francesa. A él se unieron cuatro compatriotas: Rafael Otón Castro
Jiménez (que luego se convertiría en el primer arzobispo de San José) y los cartagineses
los hermanos Carlos María, Luis Paulino y Rafael Jiménez Ortiz.
Desde
Francia continuó el viaje hasta Roma para estudiar en el colegio Pío
Latinoamericano. Allí estudiaron otros costarricenses (entre ellos : Antonio
Monestel Zamora, Ricardo Zúñiga Valverde, Fulgencio Chinchilla, Manuel Gómez,
Matías Rojas y Manuel Umaña Badilla) así como el belga Víctor de Grève quien
iría posteriormente a Costa Rica como sacerdote.
Un año después, don Claudio, junto con uno de sus cuatro compañeros (Carlos María Jiménez Ortiz), llegarían a Bélgica para seguir estudiando en el Colegio de la Santísima Trinidad de Lovaina. En este colegio don Claudio publicó una conferencia en francés sobre don Gabriel García Moreno (el ex presidente de Ecuador, quien también fue periodista, abogado, autor y poeta y quien fuera asesinado en 1875), dicha disertación mereció el honor de una traducción por el entonces conocido periodista español José María Sánchez García.
Don Carlos María Jiménez Ortiz se hospedó en el Colegio de la Santísima Trinidad de Lovaina donde se graduó en 1894 como licenciado en Filosofía y Letras. A partir de noviembre de 1892, don Claudio se matriculó en el seminario León XIII. Él junto con otros siete belgas comenzaron el primer año escolar (1892-1893) en este nuevo seminario.
Foto de clase del año escolar/Klasfoto uit het schooljaar 1892-1893 : De pie, segundo a la derecha/Rechtstaand, tweede van rechts : Claudio Volio (foto: archivo seminario León XIII/archief seminarie Leo XIII)
La vida en el seminario estaba sujeta a reglas estrictas las cuales estaban impresas en varios artículos según las regulaciones locales. El documento indicaba que podían hacer los seminaristas, así como cuándo y en qué condiciones podían dejar el seminario, quiénes podían visitarlos y cómo deberían comportarse dentro y fuera del seminario.
Foto de clase del año
escolar/Klasfoto uit het schooljaar 1894-1895 : Sentado, segundo a la
derecha/Zittend, tweede van rechts : Claudio Volio (foto: archivo seminario
León XIII/archief seminarie Leo XIII)
En
el año escolar de 1895-1896, don Claudio fue designado “mayor”. Este puesto era
designado para ser ejemplo y representante del resto de seminaristas. Por
ejemplo, el mayor era quien hablaba en nombre de los seminaristas en festivales
y ocasiones especiales. Sin embargo, fue principalmente una función ceremonial,
porque no hubo mucha participación de los seminaristas.
En
1896 don Claudio se doctoró en filosofía sobre el tema de la naturaleza y la
objetividad del sentimiento. Fue al seminario de Saint-Sulpice en
Issy-les-Moulineaux (cerca de París) donde estudió teología y recibió el
subdiácono de manos del monseñor François Marie Richard, arzobispo de París.
Posteriormente,
don Claudio regresó a Bélgica donde el 17 de diciembre de 1898 recibió el
diaconado y el sacerdocio en la catedral San Rumbold de Malinas, la iglesia
principal de la archidiócesis de Malinas-Bruselas. Un día después celebró su
primera misa en Lovaina en la capilla del seminario León XIII, asistido por
Mons. Désiré Mercier.
En 1899, después de 10 años en Europa, llegó el momento de regresar a Costa Rica. En el mes de julio de este mismo año, el doctor Volio llegó a Puerto Limón en compañía de Mons. Bernardo Augusto Thiel quien fue recibido por los costarricenses y el clero muy gratamente, el doctor Volio siempre sintió un profundo respeto y admiración por el ilustre prelado. Don Claudio celebró su primera misa en la Basílica de Nuestra Señora de los Ángeles de Cartago.
Monseñor/Mgr Claudio
Volio Jiménez (foto:Carlos Porras)
Monseñor Volio fue sacerdote en las parroquias de Cartago, Santa Bárbara de Heredia y Alajuela. Fue profesor de literatura en el seminario menor de San José y fue elegido obispo de la recién establecida diócesis de Santa Rosa de Copán en Honduras en 1916. El mal tiempo, los problemas de salud, los disturbios políticos y otros contratiempos lo obligaron a regresar a Costa Rica en 1926.
Escena familiar en la casa de la familia Volio Jiménez en Alajuela en 1916, al ser comunicados del nombramiento de su hijo como Obispo de Santa Rosa de Copán en Honduras / Familiefoto in het ouderlijke huis in Alajuela in1916, toen Claudio werd geïnformeerd over zijn benoeming tot bisschop van Santa Rosa de Copán in Honduras. Sentado de izquierda a derecha/Zittend van links naar rechts : Saturnino Medal Castillo (ministro de Honduras en Costa Rica/minister voor Honduras in Costa Rica), Claudio Volio Jiménez, Matilde Jiménez Oreamuno (mamá/moeder), Valentín Nalio (secretario de la Nunciatura Apostólica en Costa Rica/secretaris van de Apostolische Nuntiatuur in Costa Rica). De pie de izquierda a derecha/Rechtstaand van links naar rechts : María Luisa Ramona (hermana/zus), Arturo (hermano/broer), Celina Mata Bonilla de Volio (cuñada/schoonzus), Matilde Carranza Volio (sobrina/nicht), Alfredo (hermano/broer), Jorge Víctor Ramón (hermano/broer), María Petronila Volio de Carranza-Fernández (hermana/zus), María Guadalupe Ramona Matilde Volio de Volio (hermana/zus), Carlos Volio Tinoco (cuñado/schoonbroer), Celia Carranza Volio (sobrina/nicht), Carlos Alfredo (hermano/broer) y/en Carlos María Jiménez Ortiz (compañero de estudios en Roma y Lovaina/medestudent in Rome en Leuven). Miembros de la familia algunos ya desaparecidos en la foto debido a su fallecimiento / Ontbrekende familieleden op de foto (wegens overlijden) : Carlos de Jesús Volio Llorente (padre/vader) y los hermanos/en de broers Juan Bautista Ramon, José Anselmo Ramón, Luis de Jésus, José María, José Joaquin, Alberto y/en Emilio (foto:Willi Otto Kobe)
Ese mismo año fue nombrado Obispo Titular de Laranda y en 1940 Arzobispo Titular de Soterópolis. Tanto Laranda como Soterópolis se ubicaron en el antiguo Imperio Bizantino. Un obispo o arzobispo titular es ordenado por título para una diócesis o arquidiócesis que alguna vez existió pero desapareció a lo largo de los siglos. En 1940, monseñor Volio fue nombrado diputado honorario de la Basílica de Nuestra Señora de los Ángeles en Cartago, cargo que ocupó hasta su muerte el 19 de enero de 1945 en Puntarenas. Sus restos descansan en la capilla del asilo de ancianos “Asilo de la Vejez” en Cartago, que él mismo fundó.
El lugar de descanso final de don Claudio en el “Asilo de la Vejez” en Cartago / De laatste rustplaats van Claudio Volio Jiménez in het “Asilo de la Vejez” in Cartago (fotos del documental/foto's uit de documentaire “Se nos fue:Claudio María Volio Jiménez” de/van Informe 11 Repretel)
Busto de monseñor Claudio Volio
Jiménez en el jardín del “Asilo de la Vejez” en Cartago / Buste van mgr Claudio
Volio Jiménez in de tuin van het “Asilo de la Vejez” in Cartago (foto del
documental/foto uit de documentaire : “Se nos fue:Claudio María Volio Jiménez” de/van
Informe 11 Repretel)
Bronnen/Fuentes:
Julio
Revollo:El arzobispo Volio Jiménez, La Revista, 22/12/2019
Imágenes
Costarricenses, Elías Zeledón Cartín
Obispos,
arzobispos y representantes de la Santa Sede en Costa Rica, Ricardo Blanco
Segura
Grandes
figuras de la iglesia, Leticia Bejarano, La Tribuna, 18/07/1940
Het seminarie Leo XIII van 1892 tot 1942, Louis De
Raeymaeker
Historical
Dictionary of Costa Rica, David Diaz Arías, Ronny Viales Hurtado, Juan José
Marín Hernández
Hoger Instituut voor Wijsbegeerte en Seminarie Leo
XIII, website agentschap Onroerend Erfgoed
Doctor
don Claudio Volio Jiménez, cura y vicario de Alajuela, El libro azul de Costa
Rica, parte VI
https://ancestors.familysearch.org
https://www.leoxiiiseminarie.org
La
participación político-partidista de la iglesia, Esteban Sánchez Solano
Met
speciale dank aan de Heer Stijn Demaré, directeur van het Leo XIII seminarie/Con
especial agradecimiento al Sr. Stijn Demaré, director del seminario León XIII.