Alexander
Monestel en zijn link met België
deel
2
2)Marie Fourny, zijn echtgenote.
Een jaar later (1885) maakte Alexander opnieuw een reis naar België om zijn verloofde Marie naar Costa Rica te vergezellen. Volgens geboorteakte nummer 38 werd Marie Catherinne (met tweemaal de letter n) geboren op 23 november 1857 te Burdinne (provincie Luik) en was ze de dochter van Isidore Joseph Fourny (een beenhouwer) en Henriette Philippine Mélon. Van de jeugdjaren van Marie (in Costa Rica gekend onder de naam “Mariquita”) is maar weinig bekend. Ze had minstens nog één jongere broer (Lambert) en zus (Marie Lambertine).
Alejandro Monestel
(foto Cortesía : familia Aguilar Aguilar)
Over hoe ze Alexander heeft leren kennen, is geen informatie beschikbaar alhoewel we een sterk vermoeden hebben. Marie had in de jaren 1880 een boetiek van vrouwenhoeden in de Londenstraat 5 te Elsene (deelgemeente van Brussel) gelegen op zo’n 500 meter van de Waverse Steenweg 64, het huis waarin Alexander woonde tijdens zijn muziekstudies. In hetzelfde gebouw woonde ook een zekere J.J. Jacquart, een hoedenmaker, die waarschijnlijk één van de leveranciers was van de winkel van Marie en zodoende aan de basis zou kunnen gelegen hebben van hoe de twee mekaar ontmoet zouden kunnen hebben.
Desalniettemin schreef Alexander zich op 2 juli 1885 in Elsene uit en vertrok met zijn verloofde naar Costa Rica. Het koppel besloot niet te wachten tot ze daar aangekomen waren om te huwen maar deden dat onderweg in Colón (Panama) op 9 augustus 1885. Ze huwden in de kapel van het hospitaal van Colón, opgericht in 1881, dat beschikte over een uitstekende medische staf en verpleegsters van de Zusters van Liefde van de orde van Sint-Vincentius de Paul. Aangekomen in Costa Rica vestigden ze zich in de Calle General Fernández.
Hospitaal van Colón 1907/ hospital de Colón 1907 (Postkaart van de website / Postal del sitio web www.delcampe.net)
Marie Monestel
overleed op 4 mei 1938 in haar huis te Ridgewood (V.S.A.) en ligt begraven,
samen met haar zoon Albert, in het “Holy Rood Cemetery” / Doña María Monestel
falleció el 4 de mayo de 1938 en su casa en Ridgewood (E.E.U.U.) y descansa,
junto con su hijo Alberto, en el cementerio “Holy Rood”. (Foto : James Brosnan,
manager van de begraafplaats “Cemetry of the Holy Rood”, Westbury, New York /
James Brosnan, gerente del cementerio “Cemetry of the Holy Rood”, Westbury,
Nueva York)
3)Pierre Schyven,
orgelbouwer.
Alexander Monestel was
organist van de “Catedral Metropolitana” te San José van 1884 tot en met 1902.
Toen, door de aardbeving van 30 december 1888 met epicentrum in Fraijanes, Alajuela,
een klokkentoren van de Kathedraal zwaar beschadigd werd en daardoor het orgel
volledig werd verwoest, kreeg Alexander van bisschop Bernard August Thiel
Hoffmann de opdracht een nieuw orgel aan te schaffen. Alexander dacht
onmiddellijk terug aan de tijd toen hij student was aan het Koninklijk
Conservatorium te Brussel. Op een dag werd hij toen door zijn orgelleraar
Alphonse Mailly uitgenodigd hem te vergezellen naar de orgelfabriek van Pierre
Schyven. Daar kon hij de zorg en toewijding zien waarmee men de instrumenten
maakte. Hij kreeg ook de gelegenheid om, wanneer hij maar wilde, te gaan
oefenen op de orgels die ze in aanbouw hadden. Vermits de fabriek, gelegen in
de Francartstraat 25 te Elsene, slechts een honderdtal meter verwijderd was van
de plaats waar Alexander woonde, aanvaardde hij heel graag de uitnodiging en
ging er vaak naartoe.
Alphonse Mailly was sinds 1869 ook organist van de Karmelietenkerk (Gulden Vlieslaan 40, eveneens te Elsene) waar een prachtig orgel stond, gemaakt door Pierre Schyven. Bijna elke zondagmorgen en –middag vergezelde Alexander zijn leraar naar de diensten in deze kerk en stond hij altijd aan zijn zijde terwijl die het orgel bespeelde. Zo kon hij het instrument grondig leren kennen. Later (vanaf 1898) zou Alexander zelfs zijn leermeester af en toe vervangen als organist van deze kerk.
Alexander moest dus
niet lang nadenken toen hij in 1889 de opdracht kreeg van bisschop Thiel : het
zou een Schyven orgel worden. Op 23 augustus 1890 ging Alexander het orgel in
België officieel in ontvangst nemen, en hij liet zich vergezellen door Alphonse
Mailly die het orgel grondig bestudeerde en goedkeurde. Hij zei tegen Alexander
: “Hier heb je een prachtig instrument.
Ik feliciteer U omdat U nu in uw land kan laten zien wat U in dit land hebt
geleerd”. Het orgel werd via de haven van Antwerpen naar Costa Rica
verscheept. Samen met het orgel kwam een arbeider uit de fabriek van Pierre
Schyven die het in elkaar zette en tegelijkertijd aan Alexander liet zien hoe
hij het moest stemmen en hoe eventuele
defecten konden hersteld worden.
Op 29 juni 1891 werd
het orgel in de “Catedral Metropolitana” ingewijd met een recital waarin
Alexander een programma van 14 stukken van verschillende stijlen speelde om de
effecten te laten horen die van het instrument konden worden verkregen. Als
resultaat van het behaalde succes, vroeg bisschop Thiel hem om elke zondag
tijdens de mis van 7 uur te spelen.
Alejandro Monestel y su conexión con
Bélgica
parte 2
2) Doña Marie Fourny, su esposa.
En 1885 don Alejandro hizo otro viaje a Bélgica para acompañar a su prometida doña Marie a Costa Rica. Según el acta de nacimiento número 38, Marie Catherinne (con dos veces la letra n) nació el 23 de noviembre de 1857 en Burdinne (provincia de Lieja) y era hija de don Isidore Joseph Fourny (un carnicero) y doña Henriette Philippine Mélon. Poco se sabe de la infancia de doña Marie (conocida en Costa Rica con el nombre de “Mariquita”). Tenía al menos un hermano menor (Lambert) y una hermana (Marie Lambertine).
María Fourny (foto
Cortesía : familia Aguilar Aguilar)
No hay información disponible sobre cómo llegó a conocer a don Alejandro, aunque tenemos fuertes sospechas. En la década de 1880, doña Marie tenía una boutique de sombreros de mujer en Rue de Londres 5 en Ixelles (parte de Bruselas), ubicada a unos 500 metros de Rue Chaussée de Wavre 64, la casa donde don Alejandro vivió durante sus estudios de música. En el mismo edificio también vivía un tal señor J.J. Jacquart, un sombrerero, que probablemente era uno de los proveedores de la tienda de doña Marie y, por lo tanto, pudo haber sido esa la manera de cómo se conocieron.
Sin embargo, don Alejandro se dio de
baja en Ixelles el 2 de julio de 1885 y se fue a Costa Rica con su prometida.
La pareja decidió casarse camino a Colón (Panamá) el 9 de agosto de 1885. Se
casaron en la capilla del hospital de Colón, fundada en 1881. El hospital contaba
con un excelente reconocimiento médico personal y enfermeras de las Hermanas de
la Caridad de la Orden de San Vicente de Paúl. Cuando llegaron a Costa Rica, se
instalaron en la calle General Fernández.
Hospital de Colón 1907 / Hospitaal van Colón 1907 (Postal del sitio web / Postkaart van de website www.delcampe.net)
Obituario de doña María Fourny en The Record 05/05/1938 / Het
overlijdensbericht van Marie Fourny in The Record 05/05/1938
3) El señor Pierre Schyven, constructor de
órganos.
Don Alejandro Monestel fue organista de la
“Catedral Metropolitana” de San José desde 1884 hasta 1902. Cuando sucedió el
terremoto del 30 de diciembre de 1888 con epicentro en Fraijanes, Alajuela, un
campanario de la Catedral resultó gravemente dañado y el órgano quedó
destruido, don Alejandro recibió el encargo del obispo Bernard August Thiel
Hoffmann de comprar un nuevo órgano. Don Alejandro inmediatamente recordó la
época en que era estudiante en el Conservatorio Real de Bruselas. Un día fue
invitado por su profesor de órgano el señor Alphonse Mailly a acompañarlo a la
fábrica de órganos de don Pierre Schyven. Allí pudo comprobar el mismo la
dedicación con la que estaban hechos los instrumentos. También tuvo la
oportunidad de practicar con los órganos que tenían en construcción cuantas
veces quisiera. Como la fábrica, ubicada en Rue Francart 25 en Ixelles, estaba
a solo cien metros de donde vivía don Alejandro, aceptó con gusto la invitación
e iba a menudo.
Desde 1869, el señor Mailly también fue
organista de la Iglesia Carmelita (Avenue de la Toison d’Or 40, también en
Ixelles), donde don Pierre Schyven construyó un hermoso órgano. Casi todos los
domingos por la mañana y por la tarde, don Alejandro acompañaba a su maestro a
los servicios en esta iglesia, siempre de pie a su lado mientras tocaba el
órgano. Esto le permitió conocer a fondo el instrumento. Más tarde (a partir de
1898) don Alejandro incluso reemplazaría ocasionalmente a su maestro como
organista de esta iglesia.
Don Alejandro no tuvo que pensar mucho cuando
fue encargado por el obispo Thiel en 1889: sería un órgano Schyven. El 23 de agosto de 1890,
don Alejandro recibió oficialmente el órgano en Bélgica, y lo acompañó el señor
Mailly, quien estudió y aprobó minuciosamente el órgano. Le dijó a don Alejandro:
“Aquí tienes un hermoso instrumento. Te
felicito porque ahora puedes mostrar en tu país lo que has aprendido en este”.
El órgano fue enviado a Costa Rica a través del puerto de Amberes. Junto con el
órgano, vino un trabajador de la fábrica de don Pierre Schyven quien lo armó y
al mismo tiempo le mostró a don Alejandro cómo afinarlo y cómo reparar
cualquier defecto.
El 29 de junio de 1891 se inauguró el órgano en la “Catedral Metropolitana” con un recital en el que don Alejandro interpretó un programa de 14 piezas de diferentes estilos para mostrar los efectos que se podían obtener del instrumento. Como resultado del éxito, el obispo Thiel le pidió que tocara todos los domingos en la misa de las 7 am.
Bronnen/Fuentes:
Referencias sobre música costarricense, Julio
Fonseca
Alejandro Monestel: una vida guiada por la
música, Jimena Sánchez Zumbado, Carmen Aguilar Aguilar
Archivo Histórico Musical, Zamira Barquero
Carlos Enrique Vargas: vida y música, Anabel
Campos Cantero
SINABI, Sistema Nacional de Bibliotecas Costa
Rica
Rijksarchief België / Archivos Nacionales Bélgica
El día histórico, Alejandro Monestel, La Nación, 08/09/1984, Marta Castegnaro
El órgano de la Metropolitana, Alejandro Monestel, La Prensa Libre, 05/09/1940
Falleció ayer el Maestro Don Alejandro
Monestel, Diario de Costa Rica, 04/11/1950
Almanach du Commerce et de l’Industrie, 1880-1887
Los grandes hospitales de la Zona del Canal,
Alonso Roy
Long Island Surnames, a
division of Long Island Genealogy
No hay comentarios.:
Publicar un comentario